Di. t/m Vrij: Uitsluitend op afspraak / Za: Geopend voor bezoek (10:00 tot 16:00)
Consumenten: T. 06 – 38 99 16 57 / Bedrijven: T. 06 – 41 22 65 53
De Phoenix Canariensis, ook wel bekend als de Canarische dadelpalm, vindt zijn oorsprong op de Canarische Eilanden, voor de noordwestkust van Afrika. Dit verklaart de liefde van de Phoenix Canariensis voor zonnige en warme omstandigheden.
Standplaats: De Phoenix Canariensis staat het liefst in de volle zon, maar kan ook halfschaduw verdragen.
Water: De Phoenix heeft regelmatig water nodig. Belangrijk is om te voorkomen dat de Phoenix met zijn wortels in het vocht blijft staan. Daarom is een goede drainage noodzakelijk om het overtollige water te laten weg vloeien. Hiermee wordt wortelrot voorkomen. Het geniet de voorkeur de palm een aantal keren per week water te geven in plaats van éénmaal per week een grote hoeveelheid. In de zomer zal de Phoenix dagelijks water nodig hebben. Zorg er altijd voor dat de grond niet uitdroogt want hierdoor zal de Phoenix een stuk minder mooi worden.
Licht en warmte: De Phoenix is een echte zonaanbidder. Het kan voorkomen dat in de zomermaanden een teveel aan zonlicht het blad van de palm zal doen verbranden. Dit is niet erg omdat de palm zelf nieuwe bladeren zal aanmaken. De Phoenix heeft bij temperaturen onder de -2 graden bescherming nodig. Een stormhoes of noppenfolie zijn hiervoor prima geschikt.
Verkleurde bladeren: De oude bladeren van de Phoenix Canariensis zullen na verloop van tijd bruin of geel van kleur worden. Dit is een natuurlijk proces en is niet te voorkomen. De bladeren zullen afsterven en nieuwe bladeren zullen aangroeien. Wanneer bruine of gele bladeren over de hele plant te vinden zijn, dan is dit een teken van een te veel of te weinig aan water! Ook bij een te snelle overgang van te weinig naar te veel licht zal het blad gaan verkleuren en afvallen. Gelukkig maakt de Phoenix dan weer nieuw blad aan.
Giftig: De Phoenix Canariensis is geen giftige palm. De palm heeft wel scherpe punten aan zowel het blad als de stam. Let daar dus goed op wanneer je de plant wilt gaan verplaatsen.
Snoeien: De bladeren en takken kunnen bij de Phoenix Canariensis worden teruggesnoeid. Zaag nooit in de stam want de palm zal hierdoor afsterven. De onderste bladeren kunnen worden weggehaald als deze te lelijk worden. Buig in dit geval de veren naar beneden en snijd de tak vervolgens zo dicht mogelijk bij de stam af. Ook de verkleurde bladpunten kunnen worden weggeknipt. Pas bij het snoeien wel op voor de scherpe bladeren van de palm.
Voeding: In de lente en zomer kan de Canarische Dadelpalm extra gevoed worden. Geef in dit geval vloeibare voeding voor palmen. Geef nooit meer voeding dan aangegeven staat op de gebruiksaanwijzing want dat kan schadelijk zijn voor de plant.
Ziekten en ongedierte: De Canarische Dadelpalm is gevoelig voor ongedierte als spint. Regelmatig sproeien werkt preventief tegen dit ongedierte. Mocht de spint hardnekkig zijn kan de palm ook buiten gezet worden. Wind en regen kunnen de spint namelijk verdrijven. Ongedierte kan verder zowel biologisch als chemisch bestreden worden.
Vragen over de Phoenix Canariensis? Wij beantwoorden uw vragen graag. Neem contact met ons op. Bellen kan op 06 – 41 22 65 53 of 06 – 38 99 16 57 of stuur een e-mail naar info@intraplant.nl.
Interesse? Informeer naar de mogelijkheden:
Wij zullen zo spoedig mogelijk contact met u opnemen.